Na conflict met internationale wetenschapper

Waarom de UU de stekker trok uit een Europees project

elev8 lesson study
Foto: Shutterstock

Het komt niet vaak voor dat een inhoudelijk interessant  door de Europese Unie gesubsidieerd project wordt stopgezet. Dat is wel gebeurd met het Erasmus+ project over Lesson Study waar het Freudenthal Instituut van de Universiteit Utrecht de hoofdaanvrager was. Directeur Toine Pieters meldde de deelnemers eind mei dat het Freudenthal Instituut zich volledig terugtrekt uit het project vanwege mogelijke juridische en publieke acties tegen het instituut en een aantal van zijn medewerkers. Hij neemt de dreiging serieus en ziet zich daarom genoodzaakt het project te stoppen.

De juridische dreiging waar Pieters aan refereert is afkomstig van de Japans-Amerikaanse onderzoeker Aki Murata. Zij was vanaf het begin in oktober 2021 betrokken bij het Erasmus+ project en werkte mee aan de aanvraag. In januari 2022 stopte ze gedesillusioneerd de samenwerking met de UU. Ze vond dat ze onvoldoende waardering kreeg voor haar werk en ze vond het aanbod van de UU om haar te betalen onredelijk.

Hoe kon dit gebeuren? Waar ging het mis bij de aanvraag en hoe kan je zoiets in de toekomst voorkomen? Met die vragen ging DUB op onderzoek uit.

Docentprofessionalisering
De samenwerking van het Utrechtse Freudenthal Instituut met Aki Murata begint in 2018. Zij is  internationaal een erkend specialist op het gebied van Lesson Study. Ze is verbonden geweest aan Stanford en is op dat moment associate professor Education aan de University of Florida. In 2018 wordt ze uitgenodigd om naar Nederland te komen om een lezing te geven bij een conferentie het Lesson Study NL Consortium. Dit bestaat uit de Universiteit Utrecht, Vrije Universiteit, Rijksuniversiteit Groningen, Universiteit Twente, Hogeschool Windesheim, Hogeschool Stenden en de Hogeschool Utrecht en richt zich op de invoering van Lesson Study het onderwijs in de Nederlandse onderwijspraktijk.

Lesson Study is een vorm van docentprofessionalisering die oorspronkelijk komt uit Japan en bezig met een wereldwijde opmars. Het idee is dat docenten samen hun onderwijs onderzoeken door een onderwijsprogramma te maken en bij de uitvoering daarvan het leren van de leerlingen te observeren. Dat helpt om het onderwijsprogramma te verbeteren.

Het Freudenthal Instituut houdt zich onder meer bezig met vakdidactisch onderwijs in de wis- en natuurwetenschappen en kijkt daarbij hoe Lesson Study ingezet kan worden in het voortgezet onderwijs. Hoe kan je leerlingen bijvoorbeeld het best duidelijk maken wat een zwart gat is?

Gastonderzoeker
“Er was direct een goede klik. Het is duidelijk dat Murata veel deskundigheid heeft op dit terrein en zij ging deel uitmaken van ons netwerk”, vertelt Freudenthalhoogleraar Wouter van Joolingen. Een paar jaar later ontmoeten ze elkaar weer bij een congres in Canada en zette hun dialoog voort. In 2020, tijdens de coronapandemie, vertelt Murata aan Joolingen dat haar zoon in Nederland studeerde en dat zij graag een tijdje in Nederland zou willen wonen. Het gaat haar niet om het geld, vertelt ze Van Joolingen. “Ik heb mijn eigen fondsen.” Het idee ontstaat om haar uit te nodigen als ‘gastonderzoeker’. Dat is een onbetaalde aanstelling voor een jaar. Vaak wordt dit gebruikt voor internationale onderzoekers die een sabbatical nemen en dan (met salaris van hun oude universiteit) in Nederland ervaring opdoen. 

Zo gezegd zo gedaan. Murata krijgt een (onbetaalde) gastaanstelling en zou in die tijd werk kunnen doen voor het Erasmus+ voorstel waar ze de maanden ervoor in de Verenigde Staten al aan heeft gewerkt, samen met de partners van het project. Er zijn geen andere afspraken over de invulling van tijd. Het voordeel voor haar zou zijn dat ze een verblijfsvergunning krijgt om lange tijd in Nederland te verblijven. 

Volgens Van Joolingen had Murata gezegd dat ze geen salaris nodig had omdat ze rond zou kunnen komen van eigen fondsen. Zelf zegt ze akkoord gegaan te zijn om een periode in Nederland te verblijven, dat ze een verblijfsvergunning prettig vond en in die periode zou leven van haar eigen spaarrekening.

Aan het voorstel was dus al vanaf oktober 2020 gewerkt en ook was al bekend met welke acht Europese universiteiten de aanvraag ingediend zou worden bij Erasmus+ op het gebied van Lesson Study. De universiteiten kwamen uit de netwerken van Murata, Van Joolingen en Sui Lin Goei van de Vrije Universiteit die ook aan de basis stonden van het voorstel. De deelnemende universiteiten zijn gevestigd in Noorwegen, Spanje, Estland, Oostenrijk en Nederland. Rond de jaarwisseling van 20/21 is een eerste concept gereed komt er feedback van de partners.

Als zij in maart 2021 naar Nederland verhuist, wordt het inhoudelijke voorstel verwerkt tot een aanvraag die in mei wordt ingediend. Murata krijgt te horen dat zij een betaalde aanstelling kan krijgen als de aanvraag wordt gehonoreerd, overeenkomend met het aantal uren dat in de aanvraag voor haar is begroot. Voor haar bijdrage aan het schrijven van het voorstel zou ze 500 euro krijgen.

De aanvraag wordt inderdaad toegewezen met de Universiteit Utrecht als penvoerder. De subsidie is bijna 300.000 euro en voor Utrecht, als hoofdaanvrager, is er een bedrag van 80.000 euro beschikbaar.

Verre van realistisch
Tot zover gaat alles goed, maar dan komt het moment dat het misgaat. Murata kan medewerker van het project een aanstelling krijgen van vier uur per week voor een periode van drie jaar. Ze vindt die aanstelling veel te klein. Van Joolingen is het met haar eens en stelt dit te verhogen naar één dag per week. Van Joolingen: “Dat was overeenkomstig het werk in de aanvraag. Als je naar de financiën kijkt dan zou de financiering maar vier uur per week zijn, maar als je naar werk kijkt ging het zeker om gemiddeld een dag per week. Dus die investering wilden wij maken.”

Een Erasmus+ project is geen financiële vetpot, vertelt directeur Toine Pieters. “Je moet altijd zelf investeren in zo’n project. Dat wilden we ook want Lesson Study is internationaal gezien een heel interessante vorm van docentprofessionalisering waar we echt tijd aan willen besteden.” Van Joolingen wordt de projectcoördinator voor de partners en het instituut stelt een onderzoeksmanager aan.

Aki Murata heeft de gang van zaken heel anders ervaren. Eerst kreeg ze een voorstel van vier uur per week. Dat vond ze verre van realistisch. Zelfs de ene dag per week zou niet voldoende zijn om al het werk te verrichten. “Ik heb het voorstel geschreven en wist wat er allemaal moest gebeuren. Bijvoorbeeld het opzetten van onderwijsworkshops in samenwerking met de partners. Het was voor mij al snel duidelijk dat die coördinatie bij mij zou komen te liggen. De werkzaamheden die ik zou moeten doen, zouden zeker twee dagen in de week kosten. Dat heb ik ook gezegd. Ik vroeg of ik extra betaald zou worden wanneer ik meer werkte dan de afgesproken uren. Het antwoord was nee. Ik kreeg te horen dat hier in Europa het normaal is dat je meer uren werkt dan dat ervoor staat. Voornaamste was dat de beoogde taken gedaan zou worden en als het meer dan acht uur zou kosten, dan was dat maar zo. Ik vond dat onethisch. In het verleden heb ik ook wel meer uur gedraaid dan het aantal uren dat in mijn contract stond. In die gevallen, kon ik terugvallen op salaris van de universiteit, die ik dan in dat project vertegenwoordigde. Op de UU had ik ziet zo’n positie omdat ik alleen aan de UU verbonden zou zijn. De gewerkte uren zou ik ook betaald moeten krijgen, anders teerde ik in op mijn eigen spaarrekening.”

Daar speelde mee dat ze steeds meer het gevoel kreeg binnen het instituut voor allerlei klusjes ingezet te worden zonder dat daar erkenning voor was. Zo deed ze bijvoorbeeld mee aan colleges van Van Joolingen. Murata: “Dat stond nergens beschreven. Het was ook niet verplicht, maar door de manier van communiceren had ik het gevoel dat het niet vrijwillig was om les te geven. Het klonk als een opdracht om te komen.”

Potentieel conflict
In januari 2022 kreeg Murata een contract voorgelegd van één dag per week. Na flink wat overleg met Van Joolingen, besloot zij dat niet te ondertekenen en zich terug te trekken uit het project. “Voor mij voelde het niet ethisch om een contract te tekenen waarvan je op voorhand weet dat het meer uur zou kosten dan in het contract stond. In de Verenigde Staten onderhandel je over de invulling van het contract en dan wordt het ondertekend. Hier werd ik gevraagd te ondertekenen en gezegd dat ‘we later nog wel spreken of we het kunnen aanpassen’. Zo werkt het in de States niet. Bovendien heb ik al iets te vaak meegemaakt dat mensen met een kleurtje, zoals ik, te maken krijgen met gebroken beloftes. Ik zeg niet dat het hier het geval zou zijn, maar het is wel de ervaring die je meeneemt.”

De Universiteit Utrecht besloot zonder Murata het project door te zetten. De eerste bijeenkomst met de partners was in januari, een paar dagen nadat Murata de partners per mail had laten weten zich terug te trekken. Van Joolingen: “Het was best vreemd toen ze opeens online aanschoof bij die bijeenkomst. Dat zorgde voor onrust. Er is zelfs nog gekeken of Murata via een partner bij het project betrokken kon blijven. Dat is uiteindelijk niet gebeurd.”

 In een brief van de onderzoeksmanager staat als reden het ‘potentiële conflict dat op de achtergrond speelt’ en dat de ‘partners zich niet vrij zouden voelen om vrijuit te spreken’. Hier wreekte zich dat zowel de UU, de VU als Murata universiteiten voor het project hadden geworven en dat met name de universiteiten die door Murata waren gerekruteerd, het niet eens waren met de manier waarop Murata zich gedwongen voelde zich terug te trekken uit het project.

 

Met de eer strijken
Murata wordt ondertussen steeds meer verbitterd. Ze had toch het idee dat ze de spil was in de onderzoeksaanvraag over Lesson Study en vond dat de UU nu met de eer ging strijken. Ze miste de erkenning voor haar werk. De onderzoeksmanager schreef haar in februari een mail waarin ze vroeg alleen met haar over het arbeidsconflict te communiceren. Daarna hoorde ze lange tijd niets. In mei vroeg Murata de onderzoeksmanager een update te geven. Ondertussen is Van Joolingen, mede door de ontstane spanningen, ziek gemeld en het lukt de opvolger niet om de samenwerking vlot te trekken. Bovendien zijn de normen van zo’n Erasmus+ project zo streng dat de kans groot zou zijn dat de doelen niet gehaald konden worden en dat de subsidie ook nog eens terugbetaald zou moeten worden. Op basis hiervan besluit Pieters dat het project onder de gegeven omstandigheden geen doorgang meer kan vinden.

De UU trekt de stekker uit het project en dat betekent dat de geplande bijeenkomst op zeven juni meteen de laatste bijeenkomst was van dit ELEV8 project. Er wordt wel gekeken naar een mogelijke nieuwe aanvraag in de komende jaren, mogelijk al 2023. Maar dan zonder Aki Murata. Eén universiteit heeft zich helemaal teruggetrokken. Die universiteit kwam uit het netwerk van Murata.

Als Murata dit hoort, neemt ze contact op met de vertrouwenspersoon van de UU. Zij beklaagt zich dat de universiteit haar niet goed heeft behandeld.

aki murata

Aki Murata, foto Jules Morgan

Die boosheid neemt toe wanneer er een brief komt van directeur Toine Pieters waarin hij zegt dat het afgelopen jaar zwaar voor haar moet zijn geweest. Dat corona en het online werken daar geen positieve rol in speelden en dat hij zich kan voorstellen dat ze teleurgesteld is, maar de Universiteit Utrecht kan gezien de budgettaire restricties van de Erasmus subsidie haar geen beter aanbod doen. Hij hoopt dat haar academische toekomst zonniger zal zijn.

Murata ervaart dit als een belediging van een directeur die de situatie totaal verkeerd inschat. Ze had gehoopt op meer erkenning voor haar werk aan het onderzoeksvoorstel. Pieters op zijn beurt kan zich niet vinden in de buitengewoon heftige reactie. “Het gegeven is dat wij nooit een aanstelling in het vooruitzicht hebben gesteld. Ik heb dat op een heel nette manier verwoord.”

Hij zegt daarbij steun te krijgen van de vertrouwenspersoon die volgens hem begrip heeft voor de brief van Pieters.

Murata reageert furieus op de brief en sussende woorden van de vertrouwenspersoon. Zij heeft nooit de beloofde 500 euro ontvangen voor haar aandeel in de onderzoeksaanvraag en hekelt de vanzelfsprekendheid waarmee haar bijdrage aan het project wordt ontkend.

Cultuurverschil?
Welke lessen kun je trekken uit het mislukken van het project? Heeft het met culturele verschillen te maken? Pieters gelooft niet dat de problemen alleen zijn ontstaan door culturele verschillen. “Wij hebben hier tal van promovendi en gastonderzoekers uit landen buiten de EU en dat gaat prima.” Hij vindt wel dat in de toekomst de afspraken beter vastgelegd moeten worden. “Nu waren de verwachtingen hoger dan wij konden bieden.”

Van Joolingen denkt dat er mogelijk sprake is van een cultuurverschil. “In de Verenigde Staten is het veel gebruikelijker dat een project echt hangt op één persoon. Het zou kunnen zijn dat zij zich zag als de persoon waar het allemaal om draaide. Maar dat was niet het geval. Het was een gezamenlijk project.”

Aki Murata denkt ook dat de oorzaak ligt bij een cultuurverschil. “Mijn academische carrière heb ik vooral gehad in de Verenigde Staten. Daar heb je duidelijke contracten waar mensen zich aan houden. Hier werd alles voortdurend in het vage gelaten en zou er later nog op teruggekomen worden. ‘Teken nou maar, dan zien we later wel wat we kunnen doen’. Dat werkt niet voor mij. Ik weet natuurlijk niet of dit een uitzondering is, of dat het vaker zo gaat.”

Een andere les is dat er op voorhand duidelijke afspraken moeten zijn over de invulling van taken. Zeker als iemand van het buitenland naar Nederland komt. Murata: “Ik ben begonnen met een aanstelling als gastonderzoeker zonder betaling. Er waren toen al geen duidelijke afspraken over de invulling ervan. En als je dan allerlei zaken automatisch gaat verwachten zonder dat er waardering voor wordt uitgesproken dan komt dat heel slecht over. Ik voelde me door de UU in die positie niet serieus genomen. Ik heb nooit gedacht aan juridische stappen, maar ik wilde wel meer respect en waardering voor het werk dat ik heb gedaan.”

Pieters denkt ook dat transparantie belangrijk is. “Voor zo’n functie moet je niet iemand naar Nederland halen. Dat is in dit geval ook niet gebeurd. Ze woonde op dat moment hier. En je moet vooraf heel helder weergeven wat van de gastonderzoeker wordt verwacht en wat de grenzen zijn van wat mogelijk is. “

Van Joolingen vindt dat die afspraken helder waren. “Zij zou zich bezig houden met het project. Zij had zelf aangegeven dat ze wilde aanschuiven bij het onderwijs. Ik ben altijd de hoofdverantwoordelijke geweest. Haar inbreng bij de colleges is door de studenten gewaardeerd. Het is jammer dat ze dit blijkbaar zelf niet als vrijwillig heeft ervaren.”

Murata is doordat de samenwerking misliep, weer teruggegaan naar Amerika en heeft nu een aanstelling als onderzoeksdirecteur aan de 21st Century California School Leadership Academy, verbonden aan de University of California in Berkeley. De contacten met het consortium Lesson Study NL zijn verbroken. Binnen de groep Europese universiteiten wordt wel weer gewerkt aan een nieuwe aanvraag. Het is nog niet duidelijk wie dit keer het voortouw zal nemen.

Advertentie