Wanneer je huisgenoot zelfmoord pleegt

‘Wij hadden hem niet kunnen stoppen’

Rouwverwerking Foto: Jo-Anne Loosman
Foto's: Jo-Anne Loosman

Met een biertje in de hand zitten de drie jongens op de bank in het huis in de Watervogelenbuurt. “Ik kende Ties sinds 2017, ik ben samen met hem dit huis gestart. Echt super leuk. Hij was alleen niet altijd de beste huisgenoot. Hij kon een grote bende maken’, vertelt Stijn lachend. “En hij kon iedereen meesleuren naar feesten.” Sam en Bas knikken overtuigend: “Ja dat was echt zijn talent”, zegt Sam.

Zorgelijke toename
De jongens zijn zeker niet de enigen die dit meemaken: in tien jaar tijd is het aantal zelfdodingen onder jongvolwassenen volgens cijfers van CBS met 31,7 procent gestegen. Onder jongvolwassen is zelfdoding de belangrijkste doodsoorzaak.

Veel specifieke cijfers over studenten zijn er niet. Toch proberen organisaties als Trimbos de alarmbellen te laten rinkelen bij hogescholen en universiteiten. Uit onderzoek van Trimbos, RIVM en GGD uit 2022 blijkt namelijk dat de helft van de studenten met gevoelens van angst en depressie kampt. Daarbovenop voelt tachtig procent van de studenten zich eenzaam. Helaas is het niet altijd te merken dat iemand met suïcidale gedachten zit, dan kan je als huisgenoot simpelweg niet helpen.

Risicofactoren
Er is zelden een eenduidige oorzaak voor zelfdoding. Enkele risicofactoren volgens onderzoek van de organisatie 113 en CBS zijn: vroegtijdig school verlaten, geldzorgen, identificeren met de LHBTIQ+ gemeenschap, prestatiedruk, relatieproblemen en eenzaamheid.

Daarnaast nemen suïcides het meest toe bij mannen, zij plegen twee keer zo vaak zelfmoord als vrouwen. Volgens onderzoek van 113 zou dit komen doordat mannen minder goed om kunnen gaan met veranderende levensfases, bijvoorbeeld van scholier naar student. Ook zoeken mannen minder snel hulp dan vrouwen.

Een andere reden is dat mannen het moeilijker zouden vinden om over hun emoties te praten dan vrouwen. Volgens Mirjam Schneider van Mind Korrelatie schamen mannen zich teveel en hebben ze het gevoel dat ze alles zelf op moeten lossen.

Rouwverwerking Foto: Jo-Anne Loosman

Ties kwam niet thuis
“Ik merkte niks aan hem”, vertelt Stijn, “Hij heeft meerdere dips gehad, maar sinds we samen ergens gingen werken en nieuwe huisgenoten kregen leek alles weer goed te gaan met hem. Hij begon weer met zijn studie en leek het leuk te vinden.”

De jongens denken terug aan het moment toen ze het te horen kregen: “Hij is wezen stappen en kwam niet thuis. Twee dagen later begonnen we ons echt zorgen te maken. ‘s Avonds stond opeens politie hier voor de deur. Toen wist ik wel genoeg”, vertelt Sam. “Het is een super rare situatie waar je opeens in belandt. We probeerden contact te krijgen met zijn ouders maar dat lukte niet. Achteraf probeer je alles te bedenken wat je had kunnen doen.”

De jongens hebben een maand gewacht voordat zij de kamer hebben leeggehaald. Daarna begon de zoektocht naar een nieuwe huisgenoot. “Echt kut, dat hele proces van zijn kamer leeghalen en schilderen. Het voelde alsof hij nog terug ging komen.” Bovendien gaat studie gewoon door: “Ik moest gewoon mijn scriptie afschrijven, dat vond ik echt heel moeilijk”, vertelt Sam. De jongens maken ondertussen grapjes over hoe hun dode huisgenoot nooit zijn studieschuld heeft afbetaald.

Praten is cruciaal
Volgens GZ-psycholoog Hermanja Hage-Kok helpt het om het gesprek aan te gaan met elkaar: “Als je het durft of ziet zitten kan je het gesprek aangaan. Vraag naar de gevoelens van je huisgenoot en erken het. Het is zo belangrijk dat iemand aan dat lijntje trekt. Mensen met dit soort problematiek zeggen vaak niets, ze voelen zich tot last of zijn bang dat ze door erover te praten zich nog slechter gaan voelen. Daardoor kunnen ze zich heel eenzaam voelen. Op het moment dat je die vraag alleen al stelt is die persoon gelijk minder eenzaam.”

Toch is het belangrijk om niet het werk van de hulpverlener op je te nemen. Je hoeft geen psycholoog te zijn, het enige wat je kan doen is luisteren en mogelijk iemand zover krijgen om hulp te zoeken beaamt Hage-Kok.

Rouwverwerking Foto: Jo-Anne Loosman

Utrechtsch Studenten Corps
Ook bij het Utrechtsch Studenten Corps, een volledig mannelijke studentenvereniging, merken ze dat er een taboe op praten over mentale gezondheid heerst. Het Corps heeft afgelopen jaren meerdere malen te maken gehad met een zelfdoding van een lid. Afgelopen week organiseerde USC daarom een lezing in samenwerking met 113, om dit taboe te doorbreken.

Een lid van USC vertelde tijdens deze lezing over zijn eigen ervaring, naar aanleiding van de zelfdoding van zijn huisgenoot. Bovendien gaf hij advies aan andere leden hoe je moet omgaan met een huisgenoot die depressief is: “Leg jezelf niet onmogelijke taken op, je kan de wereld niet in je eentje dragen. Het belangrijkst is het begrip vriendschap uitvergroten. Vriendschap is meer dan alleen praten over drank, seks en alles dat goed gaat. Bij vriendschap komt ook een mate van verantwoordelijkheid kijken en vragen hoe het echt met iemand gaat.”

Naasten betrekken bij het proces
Behandelingen voor suïcidale gedachtes zijn geen ‘one-size-fits-all’. Bovendien wordt er weinig onderzoek gedaan naar de effectiviteit van behandelingen. Wel wordt er momenteel veel onderzoek gedaan naar de effectiviteit van Attachement Based Family Therapy door Amsterdam UMC. Dit houdt in dat familie en naasten bij de therapie betrokken worden en dat schijnt voor jongvolwassenen goed te helpen.

“Ouders spelen voor jongvolwassenen nog steeds een belangrijke rol, maar ook een ingewikkeldere rol. Daarom is het juist zo belangrijk om hen bij de therapie te betrekken”, aldus psycholoog en onderzoeker Nadia van Der Spek. “Aanwijzingen uit eerder onderzoek tonen aan dat betrokkenheid van naasten een helpende factor kan zijn in het doorbreken van suïcidaliteit en eenzaamheid. Contact met naasten is altijd dierbaar. Zeker als je in een isolement zit en je zo radeloos voelt. Tegelijkertijd is dat voor huisgenoten ook niet altijd mogelijk en soms ook heel lastig te zien.”

‘Wij hadden hem niet kunnen stoppen.’
“Als ik terugdenk hadden we misschien meer kunnen doen. Tenminste dat wil je geloven. Aan de andere kant was hij zo voorbereid. Wij hadden hem niet kunnen stoppen”, kijkt  Bas terug. “Dan had hij het gewoon een ander moment gedaan”, vult Stijn aan. De jongens geven aan dat het lastigste van het rouwproces de kamer leeghalen en schilderen was: “Het voelde alsof ik zijn laatste beetje aanwezigheid in dit huis weghaalde.”

Het hotel om de hoek is voor de jongens een eeuwige confrontatie met de dood van hun huisgenoot. Toch gaat het nu goed met de jongens: “We zijn er goed doorheen gekomen, het is klaar nu”, vertelt Bas. Sam voegt toe: "Ik let beter op mijn huisgenoten. Waar ze zijn, wat ze doen en vooral met wie. Het voelt gek om door te gaan, op festivals denk ik kutzooi jij had dit zo leuk gevonden.”

De band tussen de drie overgebleven studenten is sterker geworden. Sam: “We kunnen er nu gelukkig met humor mee omgaan, dat hebben we van hem geleerd. Hij was de eerste die hier een kutgrap over zou maken.”

Praten over zelfdoding kan bij de landelijke hulplijn 113 Zelfmoordpreventie.
Telefoon 0800-0113 of www.113.nl

 

*Ties is een gefingeerde naam.

Advertentie